Nuenen probeert in de poule te blijven en degradatie te voorkomen. Robert heeft op bord 8 vooruit gespeeld en gewonnen. We beginnen dus met een 1-0 voorsprong. Hans Reusink meldt zich echter ziek en het lukt zo snel niet een vervanger te vinden. Dus we beginnen 16 maart in Eindhoven met een 1-1 stand.
Robert speelt met zwart vooruit tegen Roeland in het nieuwe onderkomen van ESV – halverwege de jaren tachtig heb ik in deze ruimte aan de Boccherinilaan mogen surveilleren tijdens eindexamens. Roeland opende met c4, waarop ik met e5 antwoordde. Tijdens de partij heb ik geen moment slecht gestaan, wel moest ik goed op mijn pionnen passen (zoals altijd).
Stelling na 35 … Kd7. Na afloop van de partij wees een van Roelands clubgenoten op de volgende manoeuvre: 36. Txb7 Txb7 37. c6 + Kc8 38. cxb7 + Kxb7 39. h5! en daarna 40. Lb2, waarna de pion op g7 valt. Maar zo ging het niet. Ik had bij zet 26 een remiseaanbod gedaan, dat niet werd aangenomen. Remise ging ik niet meer aanbieden, ook al vind en vond ik dat wit iets betere kansen heeft. later werden de lopers geruild, beide torens hebben gependeld tussen de b- en de g-lijnen. na de blunder f5 gf6: + gaf wit onmiddellijk op, want de toren wordt niet meer gedekt.
WLC komt 9 februari naar Nuenen voor de 5e ronde van de KNSB competitie. Leon op bord 2 speelt met wit tegen een oud-studiegenoot. In het verleden hebben wij tientallen partijen tegen elkaar gespeeld en meestal moest ik mijn meerdere erkennen in hem. De partij van vandaag ging gelijk op, al had ik erg veel bedenktijd nodig. Te veel! Desondanks ging ik op zet 9, 10 en 11 de mist in. Het kostte me een pion. Bovendien had ik erg veel moeite om mijn stukken te ontwikkelen. Toen dat dan eindelijk gelukt was maakte ik op zet 17 weer een fout waardoor ik ook nog eens een tempo verloor. Gelukkig greep meteen daarna zwart mis en kon ik de stand gelijk trekken met een zet die zwart totaal niet had zien aankomen. Volgens mijn tegenstander zat er op dat moment, bij goed spel, voor beiden niet meer in dan remise. Met nog maar erg weinig tijd op de klok had ik op save moeten spelen. Had! Mijn laatste zetten wil ik me niet eens herinneren … Sorry!
Joop op bord 3 met zwart.
Op de website van WLC
staat al een uitvoerig verslag van mijn partij tegen Jasper Krenning.
Ik kan alleen nog toevoegen dat ik een slechte partij heb gespeeld
waarin ik al snel een stuk achter kwam. Mijn paardoffer op f2 was dan
ook een noodgreep en blijkbaar was dit de beste voortzetting van
zwart. Echter in het vervolg van de partij heb ik mijn kans niet
genomen en verloor al vrij snel!
Rogier (1645) speelde met wit op bord 4 tegen Frank Albers (1889). Net als op bord 5 verscheen de Sicilaan op de 64 velden. Na 14. Tad1 was onderstaande positie bereikt:
Ziet u waarom de zwarte dame het verstandig vond om naar c7 uit te wijken? Wit staat zeker niet slechter, maar wikkelde af naar een verloren positie. De witte loper kwam uiteindelijk op h6 terecht en kwam buitenspel te staan. De torens en enkele lichte stukken verdwenen van het bord waarna zwarts e-pion zijn opmars naar de onderste rij kon voortzetten.
Daniel speelt op
bord 1 met de zwarte stukken tegen een sterke speler met een rating
van 1990. Deze speelt het London system d4 Lf4 Pf3 c3 e3 Ld3. Zwart
speelt aanvallend zijn ’thorn pawn’ naar h3 a la Leela chess. Deze
kan gevaarlijk zijn, maar in het eindspel snel zwak worden en
verloren gaan. Vervolgens ging het er spannend aan toe op de
damevleugel. In een onbewaakt ogenblik werd de h3 pion vergeten en
ging verloren. Ook ging na Da8+ er een stuk verloren, waarna een paar
spijtschakkjes geen remise konden brengen. Dat is even slikken: een
0-4 achterstand.
Koos speelt met zwart bord 7. De partij
ging in de opening gelijk op, wel met veel meer bewegingsvrijheid
voor de tegenstander. Later kwam ik een pion voor te staan in een
kritische stelling. Uiteindelijk verloor ik na een mataanval.
John – De
tegenstander die ik op bord 6 tegenkwam was Leo IJzendoorn: iemand
waar ik vroeger al tegen gespeeld heb. Thuis heb ik gezien dat dat in
1994 was, en die partij won ik met gemak. Nu zijn de tijden
veranderd. De opening was de gesloten Siciliaan. Het begin was wat
moeizaam, maar rond de 20e zet stond wit comfortabel. De kans die
toen ontstond zag ik helaas niet en ik koos een verkeerde
voortzetting: weg voordeel. Ik kon geen goed plan bedenken maar
verkeerde in de veronderstelling dat er winst voor me in zat. Een
remisevoorstel accepteerde ik dus niet. Maar juist toen had ik een
aanval op de koningsvleugel kunnen beginnen. Niet gezien. Toen ik
ontdekte dat de stand ondertussen 6-0 was geworden besloot ik een gok
te wagen, met fatale gevolgen. Hij kon een aanval opzetten waardoor
ik een stuk verloor (niet gezien natuurlijk).
Hans – In deze
clash der Hansen rokeerde Wit (Hans) kort en Zwart (Hans) lang. Vaak
geldt dan wie het eerst komt, het eerst maalt. Beide spelers waren
het er over eens, dat Wit beter uit de opening was gekomen. Wit kon
zijn pionnen sneller op de damevleugel opspelen dan Zwart de zijne
op de koningsvleugel, met als gevolg dat Zwart zijn koning weer in
het centrum moest opbergen. Op de 16e
zet had Wit een sterke voortzetting op de schoen, maar vond dat hij
eerst zijn stelling nog moest ‘verbeteren’. Deze zet is beslist
geen ‘Chess Engine Move’, maar ligt erg voor de hand. Zie
diagram.
Tegenstander Hans Baijens (1788) heeft zojuist 15…Kc8-d8 gespeeld waarna Wit vervolgde met 16.Pc3. Met 16.b5! had hij (beslissend?) voordeel kunnen bereiken, want na ruil op b5 kunnen zijn stukken zich razendsnel naar de damevleugel verplaatsen, terwijl Zwart eerst zijn loper moet redden. Wit kreeg nog een drietal van dergelijke kansen die alle niet aan hem waren besteed, terwijl Zwart zich nauwkeurig verdedigde en uiteindelijk de stelling gelijk trok. Later, nadat Zwart 33…f5 speelt, vervolgde wit met met 34.exf5? (34.Pa4=) en trok na 34…Dxf5 wit weg. Nu was 35.De1 geboden, maar Wit speelde de grafzet 35.f4?? waarna hij spoedig mat ging. Om Léon’s vraag te beantwoorden: ik heb die nacht slecht geslapen!
De langste partij wordt gespeeld door
Robert. Deze mocht op bord 5 plaatsnemen achter de zwarte stukken.
Tegenover mij, aanvoerder van de witte strijdkrachten, Piet Koster
(1798 – ELO, niet geboortejaar). De Siciliaanse opening werd rustig
opgezet. Na 22 zetten waren alle zware stukken al van het bord
verdwenen, evenals als enkele paarden en lopers. De strijd ging
gelijk op, al was wit in nog in het bezit van het loperpaar en moest
ik mij met paard + loper zien te redden. Al vrij vroeg in de partij
zag ik een remise opdoemen, onder meer omdat wit niet over een
duidelijk winstplan leek te beschikken en ik niet van plan leek om
mee te werken aan mijn eigen ondergang. Ik zon dan ook op
mogelijkheden om mijn paard tegen wits witveldige loper te ruilen,
waardoor de kans op puntendeling (lopers van ongelijke kleur, elk
drie pionnen) aanzienlijk vergroot zou worden.
Waarom remise? Ik
wilde in geen geval verliezen; mijn opponent wilde heel graag winnen
en daarom wees hij mijn remiseaanbod bij zet 49 dan ook van de hand
met de woorden ‘Ik wil graag nog even doorspelen.’ Zo gezegd, zo
gedaan. Maar na 61. La3 + Kd4 was de volgende stelling ontstaan:
Ik had het plan opgevat om
de wits loper naar h7 te lokken, waarna ik mijn loper als
poortwachter op f7 zou positioneren. De loper opsluiten, kortom. Dat
kon door op zeker moment Pf6 te spelen, maar natuurlijk pas als Lb2 +
niet meer mogelijk was. En toen hielp wit mij een handje. Waarom een
loper opsluiten als je hem kunt slaan? Er volgde 62. Ld6? Pf6! 63.
Lc4 Pe4+ en wint. Dat wil zeggen: wit won een stuk, maar helaas niet
de partij.
Inmiddels stond SV Nuenen met 7–0 achter. Ik heb behoorlijk zitten klungelen in een gewonnen eindspel, maar de tijd speelde mij parten, ook had ik enkele zetten niet genoteerd. Ik was bepaald niet zen, nee. Maar één ding stond voor mij als een paal boven water: wat er ook zou gebeuren, SV Nuenen ging NIET met 8-0 verliezen. Dat is wat mij aangaat voor de helft gelukt. Dit resulteert in een jammerlijke einduitslag van 1/2 – 7 1/2. Degradatie lijkt niet meer te voorkomen.
Rogier (1e periode) en Leon (2e periode) zijn al geplaatst voor de Play-offs. En Koos heeft zich ook al geplaatst ! Dit via een derde periodetitel of via de totaalstand. De 3e periode kan ook gewonnen worden door Hans Reusink, of met nog een miniem kansje door Jan Spruijt. Via de totaalstand kunnen ook Elo-topper Daniel en clubkampioen Bas zich kwalificeren. (Daniel zal echter 11 maart niet spelen). De uitslagen 11 maart bepalen wie door zal gaan. Spannend !
Computerschaak is in ontwikkeling. De TCEC (Top Chess Engine Championship) competitie is voortdurend aan de gang. Na de voorronden spelen nu superengine Stockfish en het nieuwe Leela Chess 100 lange partijen tegen elkaar vanuit verschillende openingsstellingen. Leela is een zelflerend A.I. (Artificial Intelligence) neuraal netwerk, lijkend op AlphaZero van DeepMind bij Google. Dit zijn partijen op het allerhoogste niveau. De strijd is te volgen op: https://tcec.chessdom.com/live.html
De KNSB heeft de nieuwe elo-lijst gepubliceerd op: https://www.schaken.nl/rating/knsbrating/knsb-rating/ Daniel blijft ruimschoots op kop staan, maar Leon als 2e klimt flink op. Jeugdspeler Rogier heeft een zeer fraaie stijging van 64 punten. De grootste stijger is echter Ronald Bekkering met maar liefst 74 Elo punten.
Nuenen 1 vertrekt 15 december naar Asten om daar tegen de Combinatie 2 te spelen. Beide teams staan onderaan en zo is dit dus een heus degradatieduel, waar elke bordpunt aan het eind van het seizoen de doorslag kan geven. Asten heeft gemiddeld per bord 70 elopunten meer. Dat is dus een stevige tegenstander om te verslaan.
Op bord 6 speelt wit met zwart een miniatuur. Wit begaat in de opening al snel enkele blunders die Rogier snel afstraft; zwart brengt een paard naar b4 en een loper naar f5. Deze dreigt een gevaarlijk familieschaak met Pc2+, waardoor koning en toren worden aangevallen. Dit weet wit nog te pareren, maar het andere familieschaak met Pd3+ leidt tot de snelle nederlaag; de koning en de loper op b2 staan aangevallen. Een snelle 1 – 0 voorsprong.
Koos speelt met zwart op bord 4 tegen de enige dame in de 2 teams. In de opening was het lastig om goed bij te blijven. Daarna verbeterde mijn stelling, maar waarin geen kritische fouten werden gemaakt. Uiteindelijk werd in het eindspel door herhaling van zetten remise overeen gekomen. Voor mij een goed resultaat.
Joop
had vooraf gehoopt dat ik tegen Tibor Hurkmans mocht spelen en op
bord 2 konden we beide plaats nemen (ikzelf met zwart). In een zeer
gesloten stelling wisten beide spelers geen voordeel te behalen, pas
na 15 zetten werden er stukken geruild. Wit kon een sterk paard op
veld e5 krijgen en zwart zijn paard op e4. Heel opmerkelijk werden
deze twee paarden twee keer teruggespeeld
en op
de 25e en 27e zet werden ze door de lopers geslagen. Na 30 zetten
stonden er nog 16 pionnen op het bord en creëerde wit een vrijpion
op de f-lijn, welke zwart met de koning moest afstoppen; Wit speelt
deze f-pion op naar f6 en verdedt deze pion met z’n loper op e7;
het lijkt erop dat zwart grote problemen heeft maar zwart had iets
verder gekeken als wit. Hij offert 1 pion in het centrum en kreeg
geheel onverwacht voor wit een aanval gericht op de dame en koning.
Binnen 5 zetten (de 41e zet) moet wit opgeven omdat hij mat gaat of
zijn dame moet geven. 2,5 – 0,5
Daniel
met wit speelt een zeer spannende partij waarbij beide partijen de
eigen 1e en 8e rij verzuimen te verdedigen. Zwart kiest na e4 de Pirc
verdediging met Lg7. Wit kiest ervoor deze drakenloper snel uit te
schakelen met Lh6. Vervolgens dreigt de zwarte dame ‘mat’ te staan op
h5 die net op tijd kan ontsnappen. Wit offert een paard voor 2
pionnen en het andere paard komt pracht op f5 te staan. (de
schaakengine vindt dit ook een goed offer). Witte torens verlaten de
1e rij en de zwarte torens verlaten de 8e rij. De volgende kritische
stelling ontstaat (zie diagram):
Zwart heeft net Ph5 gespeeld om het verdedigende paard op g3 uit te schakelen, waarna wit wordt mat gezet. Is het tijd om op te geven ?? Wit denkt na en speelt Ta8 !! en dreigt ook mat. En na … Pb6 Dxe5+ volgt de winnende mataanval. We staan met 3 ½ – ½ voor !
Voor
de derde keer heeft Leon een 1900 speler tegenover zich. Op bord 3
opende ik met een opening die, achteraf, niet in mijn openingenboek
blijkt voor te komen. Niets nieuws dus. Beide spelers hadden hun
denktijd hard nodig. Op zet 10 kwam ik met een mooie zettenreeks, die
mijn tegenstander niet gezien had, licht in het voordeel. Op zet 13
had ik, ondanks de 30 sec increment per zet, nog maar 35 minuten over
voor de resterende 27 zetten. Mijn ervaring vertelde me toen dat dat
ik dat niet zou gaan halen. Ik leverde mijn “voordeel” in en
schoof in 10 zetten naar een stelling waarin ik minimaal beter stond.
Ik bood remise aan, hetgeen mijn tegenstander accepteerde. In de
analyse bleek de zet die zwart vrij zeker had willen doen als ik geen
remise had aangeboden mij wel heel erg veel voordeel had opgeleverd …
Fritz! beoordeelde de eindstand op 0.8 in het voordeel van wit. De
stand is 4-1 en we hebben ons eerste matchpunt van het seizoen binnen
! Maar zit de winst er ook in !!??
Peter
Paul speelt op bord 8 met zwart een franse
opening. Wit richtte alles op de koning maar wist niet echt door te
drukken. Zwart begon een tegenaanval, maar helaas, dit pakte niet
goed uit waarna zwart toch na ongeveer 50 zetten moest opgeven. 4- 2
Nog geen winst.
De
opening van Robert (zwart) en zijn tegenstander gaat gelijk op. In
het scherpe middenspel ontstaan natuurlijk de schermutselingen. Zwart
verliest een pionnetje, maar kan deze later, in het eindspel weer
teugwinnen door met de koning deze op de damevleugel op te halen.
Maar de strijd om de vrijpionnen, die graag willen promoveren, was
toen verplaatst naar de koningsvleugel. Het zwarte paard maakte nog
wat bokkesprongen, maar zonder koning waren de pionnen niet goed
tegen te houden, met als gevolg de nederlaag. 4-3 Nog geen winst.
Gaat
Hans het 2e matchpunt binnenbrengen ? De tegenstander van Hans
Reusink koos voor de Aljechin-verdediging, maar ging slinks over tot
de Franse-verdediging, de ruilvariant. Dat ging als volgt: 1.e4 Pf6
2.e5 Pd5 3.d4 e6? Het vraagteken is van mij, want nog nooit eerder
gezien. Ik vroeg mij af of mijn tegenstander voor het eerst De
Aljechin speelde, of dat ik te maken had met een kenner. Je zou hier
toch 3…d6 verwachten. Tot mijn verrassing gaf mijn database aan,
dat de tekstzet als 3e
wordt gespeeld, maar Zwart scoort er wel heel beroerd mee. Ook nu
kwam Zwart beduidend slechter uit de opening. Na zwarts 24e
zet …Te8 is de volgende stelling bereikt.
Wit
heeft een dubbelpion, maar wel het loperpaar, meer ruimte, beter
ontwikkelde stukken en het initiatief. Zwarts koning staat op de
tocht en zijn stukken zijn niet echt actief. Vooral de ‘Franse
loper’ op c8 springt in het oog. In hogere zin staat Wit gewonnen.
De partij ging als volgt verder. 25.d5 Pe5 26.Txe5! en Wit wint een
stuk (26.Dxe5? Ld4). Zoals zo vaak de laatste tijd verslapt mijn
aandacht, indien ik een gewonnen stelling heb bereikt. Uiteindelijk
speelde ik de slappe zet Lb4 en liet daarmee zwarts torens binnen.
Gezien de tussenstand, 4-3 voor ons, nog steeds in gewonnen stand, na
een smekende blik van Joop, in het clubbelang toch maar remise
genomen. “Tsja, je had moeten winnen, maar dat heb je niet gedaan”
was de terechte conclusie van mijn tegenstander.
En
daarmee is de eerste overwinning met 4,5 – 3,5 punten behaald en
proberen we in dezelfde klasse te blijven.
Momenteel spelen in Nederland, in Wijk aan zee, de beste schakers ter wereld. Ook local heros Anish Giri en Jorden van Foreest spelen mee. De partijen zijn live te volgen op: https://www.tatasteelchess.com/live/live-games
Het
Nuenense team vertrekt 24 november 2018 naar valkenswaard. Beide
teams staan onderaan in de poule. 2 wedstrijden zijn vooruitgespeeld
en we beginnen met een 1½ – ½ voorsprong. Een winst zou er in
kunnen zitten !
Robert en Joop kregen
het verzoek om de partij vooruit te spelen en dat pakte voor ons
positief uit. Ikzelf had met zwart in de drakenvariant van het
Siciliaans geen openingsproblemen en kwam zelfs in het middenspel
beter te staan. Rond de 15e zet had ik de mogelijkheid om mijn Toren
te ruilen tegen het witte paard, uiteindelijk besloot ik om dit niet
te spelen; achteraf had ik dit toch moeten spelen (volgens de
schaakengine). 10 zetten later stond het gelijk en accepteerde ik het
remisevoorstel, ook omdat we dan op een voordelige voorsprong kwamen.
Robert
Hempelman (1566) – Philip van Gils (1787) Op maandag 19 november
traden Joop Bongers (bord 6) en Robert Hempelman (bord 5 wit) alvast
in het krijt tegen twee opponenten van EVS-1 (Valkenswaard).
Vooruitspelen dus, en ook nog eens op onze eigen clubavond. Na
een voor mij relatief onbekende opening (1. e4 b6 2. d4 Lb7 3. Pc3
e6) ontstond na 12. Pg3 de de onderstaande stelling.
Stockfish stelt hier 12. … 0-0-0
voor. Door lang te rokeren krijgt zwart de gelegenheid om snode
plannen op de koningsvleugel ten uitvoer te brengen. Hij speelde
echter 12. . . . Pf5, waarmee hij de bezoekersingang op zijn
koningsvleugel wijd open zet. Er volgde 13. Pxf5 exf5. Stockfish
geeft 13 .. g4 aan – achteraf gezien beter, uiteraard. 14. e6! Een
pionoffer dat niet zo eenvoudig te negeren blijkt. .. fxe6 Het
vervolg lijkt onafwendbaar. 15. Pe5 Valt de zwarte dame aan en opent
diagonal d1-h5. .. Dg7 Stockfish raadt Dh7 aan. 16. Dh5+ Ke7 (Kd8 is
niet veel beter) 17. Pg6+ Kd6 Zwart verliest een kwaliteit. 18. Pxh8
Dxh8 Gedwongen, maar zwarts verliezen zijn nog niet geleden. 19. Lxg5
En geofferde pion is teruggewonnen. .. Lxg7 20. Lf4+ De schaakengine
geeft hier 20. Txe6 Kxe6 en mat op de 33e zet. 20. Kd7 21. Df7+
Waarna zwart opgaf.
Hans
Reusink speelt op bord 8 tegen Oscar Teeven. Weliswaar gewonnen, maar
weinig plezier beleefd aan mijn
partij. Na 10 zetten stond ik met Zwart al beter en na 14 zetten
gewonnen, omdat ik Wits dame won tegen twee lichte stukken. Dat ging
als volgt:
Wit
heeft zojuist 14. Pe2-g3 gespeeld en geeft daarmee de dekking van
veld c3 op. 14…. d5!-+. Wit kan niet zijn paard redden en … Lb4
voorkomen. 15.exd5 Lb4 16.dxc6 Lxd2+ 17. Pxd2 Txc6. De rest was ‘een
kwestie van techniek’, een techniek die ik zelfs beheers. Eén zet
voordat Wit mat ging gaf hij op. We staan 2 ½ – ½ voor !
Leon
speelt deze keer op bord 2,
wederom een 1900+ speler tegenover mij. Ik kwam met zwart, tegen alle
verwachtingen in, uitstekend uit de opening (voor de kenners:
geweigerd damegambiet, ruilvariant). Geen groot voordeel, maar ook
geen achterstand in ontwikkeling. Volgens Stockfish stond ik zelfs
lichtjes beter dan wit. Tot de 24e
zet, met nog een kwartier op de klok. Toen ging ik, voor het eerst in
deze partij, in de fout. Onnodig, vond ook mijn tegenstander later.
Maar van mijn onnauwkeurigheid maakte hij onmiddellijk en optimaal
gebruik. Binnen 4 zetten was het over en uit. Jammer, remise had er
zeker in gezeten.
Daniel
speelt in het Siciliaans tegen de Schveshnikov variant in het
Siliaans. (1 e4 c5 2 Pf3 Pc6 3 d4 cxd4 4 Pxd4 e5) Deze wordt ook door
Carlsen en Caruana gespeeld ! Daniel wijkt (per ongeluk) het eerst af
van deze matchpartijen. In het middenspel doet zwart een fraai
pionoffer met .. e4 !! en opent lijnen naar de witte koning die nog
niet gerocheerd heeft. Wit kon kiezen tussen een passieve goede
verdedigende zet of een actieve gevaarlijke verdediging. Daniel koos
de spannende variant maar overzag een sterk paardoffer. Daardoor kwam
ik in een toreneindspel terecht met een belangrijke pion minder. Mijn
damepionnen stormden naar voren om proberen te promoveren. Na het
foutieve 37 … b6 kon wit met een quiz-achtige zet 38 Ta7 ! remise
proberen te bereiken. In plaats daarvan kwam een witte pion op b7
terecht met een witte toren op b8. Deze kon echter niet promoveren.
De zwart pionnen rukten toen op naar voren en wisten uiteindelijk wel
te promoveren. 2 ½ – 2 ½
Rogier
speelt met wit op bord 3 (een hoog bord) tegen een sterke
tegenstander met een ELO boven de 1900. Rogier laat zich niet kennen
en speelt gewoon goede zetten. Zwart komt er niet doorheen. Al hoewel
er gaten dreigen te vallen rondom de zarte koning (mat zit in een
klien hoekje) kan wit er ook niet doorheen komen. Het wordt een goede
remise tegen een sterke tegenstander. Tussenstand 3-3
Peter
Paul speelt gebruikelijk met wit de Londen opening. Zwart
koos een in potentie agressief antwoord op mijn d4 met c5 op de
tweede zet maar ruilde meteen de pionnen naar een symmetrische
pionnenstelling. Dit leverde een rustige standaard stelling op. Na
+/- 27 zetten waren we in een gelijk eindspel gekomen met elk 7
pionnen dame waarbij ik een paard had en zwart een loper. In de
gesloten stelling dacht ik met het paard beter te kunnen maneuvreren.
Dat was ook wel zo, helaas koos ik een verkeerd plan en kwam in
zetdwang. Een 4-3 achterstand.
Koos
speelt zijn eerste externe partij sinds lange tijd. Na lange tijd
kwam ik een pion achter te staan. Met Pxd5 verdwijnt onverwacht een
pion van het bord; het paard mag niet geslagen worden op straffe van
een aftrekschaak Lxh7+ met aanval op de dame. Mijn stelling
verbeterde wel, maar mijn tegenstander bleef geduldig spelen. Nadat
de andere partijen al afgelopen waren, kreeg hij een kans om de
stukken af te ruilen naar een gewonnen pionneneindspel. Deze benutte
hij. Jammer voor mij.
Ondanks de 2.5 – 0.5 voorsprong
uiteindelijk toch weer een verlies met 5-3. Na promoveren is het
moeilijk schaken. Gelukkig werd in Asten tegen de Combinatie 2e team
gewonnen met 4.5 – 3.5 ! Dit verslag volgt spoedig.
Nuenen 1 wint in Asten van de Combinatie 2. Door deze winst worden de kansen groter dat Nuenen 1 niet degradeert. Er waren mooie overwinningen van Daniel, Joop en Rogier. Hans (R) mocht het winnende halfje binnenhalen.